Het gaat om het operationeel programma “regionaal concurrentievermogen en werkgelegenheid” in de regio Vlaanderen in België .
Binnen de Europese Unie bestaan er grote verschillen op het gebied van economische en sociale ontwikkeling. Met het oog op het verminderen en het uiteindelijk wegwerken van deze sociaaleconomische dispariteiten zijn in 1975 de ’Europese Structuurfondsen’ in het leven geroepen. Eén van deze structuurfondsen is het Europees Sociaal Fonds, algemeen gekend als ESF.
Het ESF zet middelen in om de werkzaamheid te verhogen en de Vlaamse arbeidsmarkt te stimuleren en te versterken.
De middelen worden ingezet voor 5 prioriteiten:
- investeren in duurzame en kwalitatieve jobs op de Vlaamse arbeidsmarkt en investeren in opleiding en levenslang leren. 60% van de middelen zijn hiervoor bestemd en passen in het Vlaamse loopbaanbeleid dat mikt op een meer effectieve arbeidsmarkt;
- in het bijzonder focussen ESF-projecten in Vlaanderen op belangrijke overgangsmomenten in loopbanen, zoals de overgang van school naar werk, van werkloosheid naar werk, van werk naar ander werk;
- 20% van de middelen is gericht op het ondersteunen van sociale integratie en gelijkheid en op het bestrijden van armoede. De focus ligt op trajecten die leiden naar werkgelegenheid voor de meest kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt;
- structurele maatregelen op bedrijfsniveau die mensen aanmoedigen om langer te werken krijgen in het programma speciale aandacht: ESF-projecten helpen bedrijven om een aantrekkelijke werkomgeving te scheppen voor alle werknemers;
- het ESF wil tot slot blijvend inzetten op transnationale uitwisseling en samenwerking en op innovatie of het stimuleren van vernieuwing van de dienstverlening op de arbeidsmarkt.
Het ESF-programma investeert tussen 2014 en 2020 een klein miljard euro in de Vlaamse arbeidsmarkt. 378 miljoen daarvan wordt door het ESF gefinancierd.
Departement Werk en Sociale Economie – de afdeling Europese programma’s (kort: Europa WSE) is aangesteld als managementautoriteit en is verantwoordelijk voor de uitvoering van het programma.
Departement Werk en Sociale Economie – Diensten van de Secretaris-Generaal is aangesteld als certificeringsautoriteit en is verantwoordelijk voor de ontvangst en de uitbetaling van de Europese subsidies.
De Vlaamse Auditautoriteit is de verantwoordelijke auditautoriteit.